Een touwtje naar de maan

Spot, de hond woont al drie jaar bij Baasje en Vrouwtje als hij op een dag een nieuwe huisgenoot krijgt, namelijk Muis, de kat. Zowel voor Spot als voor Muis is het niet gemakkelijk om samen te leven. De verschillen tussen hen zijn enorm groot. Een kat is vrij en mag gaan en staan waar hij wil. Terwijl een hond niet vrij is en bepaalde grenzen heeft in zijn hoofd.

Doorheen het verhaal bekvechten de twee dieren constant over al de verschillen de ze hebben, maar iedere avond slapen ze wel samen op hun mat. Lekker dicht bij elkaar. Stiekem houden ze van elkaar.

Op een bepaalde dag kan Muis, Spot overtuigen om mee te gaan naar de rand van het bos. Daar ziet Spot de tweede maan. De tweede maan is eigenlijk een weerspiegeling van de echte maan in de sloot. Spot wordt bang van de tweede maan en rent uiteindelijk terug naar huis. De hond wordt zwaar gestraft door Baasje en Vrouwtje, omdat hij is weggelopen van huis. Op Muis zijn ze niet boos, want het is normaal dat een kat ’s nachts op jacht gaat.

Ik vind dat dit boek, ‘Een touwtje naar de maan’ van Wally de Doncker, enorm vlot leest. Het zijn korte zinnen en eenvoudige conversaties. Naast de conversaties, leren de kinderen ook een aantal zaken bij. Op een bepaald moment plenst er een druppel in de vijver. De auteur geeft weer hoe de druppel uitgroeit tot een cirkel en dan uiteindelijk botst op de rand. Ik weet het zijn geen grote zaken die ze bij leren, maar op die manier denken ze er toch al eens over na.

Het diepere betekenis van het boek is volgens mij grenzen aftesten en vrijheid.

Het boek is geschikt voor kinderen vanaf 8 jaar. Zeker omdat het enorm korte hoofdstukjes zijn. Ook de zwart-wit illustraties zijn enorm mooi.

Juf Steffi